Tijdens deze coronacrisis zet de regering ook in op maatregelen om een vlotte arbeidsorganisatie te vrijwaren. Daarbij focust ze zich op ondernemingen in de kritieke sectoren. Zo wil de regering ook werknemers ondersteunen die nog aan het werk zijn.
Eén van de maatregelen is het tijdelijk optrekken van het krediet vrijwillige overuren voor werkgevers uit de kritieke (essentiële) sectoren. In de periode van 1 april 2020 tot en met 30 juni 2020 mogen hun werknemers tot 220 vrijwillige overuren presteren. Bovenop het wettelijk krediet van 100 vrijwillige overuren, krijgen zij dus 120 extra vrijwillige overuren. Bovendien moet de werkgever voor de bijkomende 120 vrijwillige overuren die een werknemer in het tweede kwartaal presteert geen overloontoeslag betalen. Meer nog, de eerste 120 vrijwllige overuren gepresteerd in het tweede kwartaal zijn ook vrijgesteld van socialezekerheidsbijdragen en bedrijfsvoorheffing. De werkgever kan deze uren dus netto uitbetalen (zoals in horecasector).